Gedurende de hoogtijdagen van het kolonialisme slaagden de Europeanen erin grote gebieden in de wereld onder hun controle te brengen. Missionarissen waren altijd van de partij om de 'inboorlingen' het ware geloof bij te brengen. Regelmatig verrichtten ze pionierswerk, in andere gevallen opereerden ze in het kielzog van westerse militairen. De geloofsverbreiders schreven grote hoeveelheden brieven: aan 'Rome', aan organisaties, (potentiële) weldoeners en natuurlijk hun familie. Uit die brieven doemt een fascinerend en vaak gedetailleerd beeld op van die andere wereld, waarover soms met begrip en soms met ontsteltenis werd bericht aan het thuisfront.
De brieven tonen ons niet alleen hoe het er aan toeging in 'de koloniën', maar ze laten ook de missionarissen zelf zien, met welk wereldbeeld zij op reis waren gegaan en hoe dat beeld al dan niet werd beïnvloed door het verblijf in vreemde culturen.
Voor De bekering van de wereld heeft de auteur honderden brievencollecties van (katholieke) missionarissen bestudeerd. Hij presenteert in dit boek een zorgvuldige en representatieve selectie. Het zijn met opzet geen volledige edities van de brieven, maar toegankelijk vertelde verhalen over individuele missionarissen, waarbij hun brieven en brieffragmenten als leidraad fungeren zodat een heldere context ontstaat.