Tussen 1517 en 1648 veroordeelde het Heilig Officie van de Inquisitie in Spanje meer dan drieduizend protestanten, meestal Fransen, Engelsen en Spanjaarden, maar ook Duitsers, Nederlanders, Vlamingen, Italianen, Schotten en Noren. In tegenstelling tot de valselijk bekeerde Joden en Moren trokken zij echter nauwelijks de aandacht van historici. Dit boek vertelt voor het eerst het verhaal van de onderdrukking van het protestantisme op het Iberische Schiereiland van het begin van de Reformatie tot de vredesverdragen van 1648.


De auteur baseert zich op meer dan driehonderd authentieke procesbundels en op duizenden processamenvattingen. Er wordt aandacht geschonken aan een periodisering van de repressie, met in het bijzonder de internationale omstandigheden die de houding van de inquisiteurs beïnvloedden. Daarnaast beschrijft het boek niet alleen de leefwereld van de protestantse slachtoffers, ook wordt inzicht geboden in het systeem van sociale controle dat de Iberische maatschappij beheerste. Ten slotte gaat de auteur dieper in op de zogenaamde espontaneos, personen die zich om diverse redenen vrijwillig bij het Heilige Officie aangaven.