Cirkels

Het hoofdpersonage, Stef, een sinds kort afgestudeerde onderwijzer krijgt, na een aantal korte opdrachten in Vlaanderen, in oktober 1974 een baan aangeboden in een dorpsschool in de Kempen.
Hij komt terecht in een besloten maatschappelijke context gebaseerd op een eigen dynamiek die in wezen de weerspiegeling is van een sinds jaren gegroeide dorpse kleinburgerlijkheid.
Het bestuur van de dorpsschool was na WOII in handen van een homogeen college van Burgemeester en Schepenen.
Sinds kort werd de school overgenomen door de hogere overheid. De nieuwe Rijksschool, oorspronkelijk een jongensschool, dient zich te heroriënteren en te beantwoorden aan de regelgeving van de overheid.
Stef, gedreven en enthousiast, stort zich op zijn nieuwe opdracht met de bedoeling moderne, ervaringsgerichte en participatieve peda-gogiek te introduceren.
Het behoudsgezinde pedagogisch team staat kritisch en afwijzend tegenover de ideeën van Stef. Hij persisteert en vindt na enkele weken een beperkte groep leerkrachten die zijn inzichten genegen zijn.
Een polarisering binnen het korps voltrekt zich langzaam. Hoe dan ook blijft een reeks leerkrachten vasthouden aan vastgeroeste ongeschreven morele en pedagogische principes gebaseerd op plaatselijke, historische, hiërarchische en religieuze spelregels.
Enkele merkwaardige gebeurtenissen kleuren de sfeer in de school en werpen een onverwacht, verhelderend nieuw licht op bepaalde personeelsleden. Ook het schoolterrein geeft een urban story een nooit vermoede concrete invulling.
Het verhaal eindigt met een vrij spectaculaire wending tijdens de begrafenis van een teamlid wanneer een specifieke filosofische levensbeschouwing opborrelt.