Met Flaneren in korte broek heeft Eric de Kuyper een reflectie over het kind-zijn geschreven, die als een belangrijke toevoeging kan worden gezien aan zijn vijfdelige autobiografie van de kinderjaren. Het schrijven en het lezen staan in dit nieuwe boek centraal.

Op zijn eigen losse manier leest Eric de Kuyper het werk van Marcel Proust. Met Walter Benjamin en Roland Barthes verkent hij thema's als flaneren en slapen. Het werk is telkens ook aanleiding om zowel herinneringen aan de eigen kinderjaren op te roepen als het thema van het kind op te sporen in autobiografieën of romans van verschillende klassieke en hedendaagse auteurs.

Het gaat in dit boek evenzeer om lezen als om schrijven; het schrijfplezier ligt in het verlengde van het leesgenot. De eigen wereld van het kind, die allesbehalve een paradijs is, blijkt een bijzondere uitdaging te vormen voor schrijvers die het onderwerp aandurven.