Anton Mauve 1838-1888
Redactie Saskia de Bodt en Michiel Plomp
Uitgave in samenwerking met Teylers Museum, Haarlem en Singer Museum, Laren
De schilder Anton Mauve (1838-1888) geldt als een van de grootmeesters van de Haagse School. Hij begon in Haarlem als romantisch dierschilder, pionieerde in het schildersdorp Oosterbeek en ontwikkelde zich geleidelijk tot een virtuoos plein-airist en 'meester van het zilveren licht'. In zijn Haagse periode kwam Vincent van Gogh, een aangetrouwde neef, bij hem in de leer. Anton Mauve zou Van Goghs enige leermeester blijven. Vanaf 1882 werkte Mauve in Laren waar hij al snel wereldberoemd werd met het weergeven van heidevelden en schapenkuddes.
Anton Mauve, 1838-1888 is geschreven door een team van specialisten uit binnen- en buitenland, afkomstig uit de academische en museale wereld. Tal van verwaarloosde of vrijwel onbekende aspecten van Mauves kunstenaarschap komen in deze monografie aan de orde, zoals zijn vroege Haarlemse jaren, zijn karikaturen en zijn positie op de Nederlandse kunstmarkt. Het grafische werk van Mauve is opnieuw onderzocht, evenals de naar zijn werk vervaardigde reproductiegrafiek. Verder is onderzoek gedaan naar de belangstelling voor het werk van Mauve in de Verenigde Staten en is Mauves invloed op kunstenaars in Laren, zowel nationaal als internationaal, voor het eerst goed in kaart gebracht.