Gesprekken Met Hitler
Gespräche mit Hitler uit 1939 is een van de meest invloedrijke, maar ook een van de meest omstreden boeken die ooit over Hitler zijn verschenen. De eerste naoorlogse generatie historici en biografen hebben er rijkelijk uit geput, maar hun latere collega's hebben de nodige terughoudenheid betracht.
En met reden, want inmiddels is duidelijk dat Rauschning zijn onderwerp regelmatig woorden in de mond legt met een aantoonbaar andere herkomst. Desondanks zijn er nog altijd historici die Rauschning zien als een belangwekkend getuige, een man die Hitler zo niet naar de letter, dan toch naar de geest goed heeft getroffen.
Misschien heeft Rauschning daarom altijd meer krediet gehad bij filosofen en literatoren, onder wie bijvoorbeeld Abel Hertzberg, Harry Mulisch, George Steiner en Rüdiger Safranski. De laatste brak in 1996 een lans voor Rauschning in zijn essay Het kwaad:
`Men heeft de authenciteit van de door Rauschning opgetekende gesprekken bestreden. De discussie daarover is onvruchtbaar en louter academisch, eenvoudigweg omdat Hitler zoals bekend niets heeft nagelaten om te proberen alle in die gesprekken ontwikkelde ideeën in daden om te zetten. Hitlers politiek is het bewijs van de authenciteit van die gesprekken.'
Dr. Hermann Rauschning (1887-1982), een historicus gepromoveerd in muziekgeschiedenis, was senaatsvoorzittervan Danzig, toen hij in november 1934 na een conflict uit de NSDAP werd gezet. Hij ontpopt zich tot een fel tegenstander van het nazi-regime en werd ooit door Goebbels getypeerd `de vuilste propagandist van de tegenpartij'. In 1936 emigreerde hij naar Zwiteserland, in 1940 vestigde hij zich defintief in de VS. Rauschning verwierf internationale roem met Die revolution des Nihilismus (1938), in Nederland vertaald door Menno ter Braak. Deze schreef in 1940 ook het voorwoord bij de vertaling van de Gspräche. Dit voorwoord is als bijlage in de nieuwe vertaling opgenomen.
De vertaling die in maart 1940 op de Nederlandse markt verscheen. onder de titel Hitlers eigen woorden werd spoedig na verschijnen verboden. Sindsdien was het boek niet meer leverbaar.
En met reden, want inmiddels is duidelijk dat Rauschning zijn onderwerp regelmatig woorden in de mond legt met een aantoonbaar andere herkomst. Desondanks zijn er nog altijd historici die Rauschning zien als een belangwekkend getuige, een man die Hitler zo niet naar de letter, dan toch naar de geest goed heeft getroffen.
Misschien heeft Rauschning daarom altijd meer krediet gehad bij filosofen en literatoren, onder wie bijvoorbeeld Abel Hertzberg, Harry Mulisch, George Steiner en Rüdiger Safranski. De laatste brak in 1996 een lans voor Rauschning in zijn essay Het kwaad:
`Men heeft de authenciteit van de door Rauschning opgetekende gesprekken bestreden. De discussie daarover is onvruchtbaar en louter academisch, eenvoudigweg omdat Hitler zoals bekend niets heeft nagelaten om te proberen alle in die gesprekken ontwikkelde ideeën in daden om te zetten. Hitlers politiek is het bewijs van de authenciteit van die gesprekken.'
Dr. Hermann Rauschning (1887-1982), een historicus gepromoveerd in muziekgeschiedenis, was senaatsvoorzittervan Danzig, toen hij in november 1934 na een conflict uit de NSDAP werd gezet. Hij ontpopt zich tot een fel tegenstander van het nazi-regime en werd ooit door Goebbels getypeerd `de vuilste propagandist van de tegenpartij'. In 1936 emigreerde hij naar Zwiteserland, in 1940 vestigde hij zich defintief in de VS. Rauschning verwierf internationale roem met Die revolution des Nihilismus (1938), in Nederland vertaald door Menno ter Braak. Deze schreef in 1940 ook het voorwoord bij de vertaling van de Gspräche. Dit voorwoord is als bijlage in de nieuwe vertaling opgenomen.
De vertaling die in maart 1940 op de Nederlandse markt verscheen. onder de titel Hitlers eigen woorden werd spoedig na verschijnen verboden. Sindsdien was het boek niet meer leverbaar.
Auteur | | Hermann Rauschning |
Taal | | Nederlands |
Type | | Paperback |
Categorie | | Geschiedenis |