Varen, Een Manier Van Leven
‘Varen, een manier van leven’ is het verhaal van een schipperszoon. De belevenissen van het gezin Aarnoudse schetsen een kleurrijk beeld van de binnenvaart en met name de spitsenvaart, in de tweede helft van de vorige eeuw. Heel herkenbaar voor leeftijdgenoten en een wereld van verschil met de huidige generatie ondernemers in de binnenvaart. Zijn humoristische manier van vertellen bezorgt je af en toe tranen in de ogen van het lachen en soms van medeleven, hoe kan
een mens na zoveel rampspoed verder gaan? Leo’s praktische instelling en onorthodoxe manier van aanpak loopt als een rode draad door zijn leven. Het verhaal van Leo Aarnoudse begint in 1953 op de kempenaar Bona Spes waarop zijn vader schipper is en eindigt in 1996 met de verkoop van zijn motorspits Mastodont. Hij vertelt over zijn jonge jaren waarin hij met elf broers en zussen opgroeit op de paar vierkante meter die de roef van hun schip telt. Hij is het tiende kind uit een oud schippersgeslacht dat zijn wortels heeft in het Zeeuwse St. Philipsland. Als dertienjarige knaap wordt hij voor de keuze gesteld, of doorleren of bij pa aan boord. Natuurlijk koos hij voor het laatste, een antwoord dat je kunt verwachten van iemand die het varen met de paplepel is ingegeven. Na de lagere school vaart hij een jaar als derde man bij zijn vader op de motorspits Corma. Verschillende andere schepen en schippers volgen. Op eenentwintigjarige leeftijd wordt hij zetschipper op de Jan Hendrik. Hij trouwt en wordt drie jaar later eigen baas. Aarnoudse gunt ons een kijkje in de keuken van een binnenvaartbedrijf zoals dat niet meer wordt gevoerd. Spitsenschippers gaan niet voor het grote geld, zegt hij. Voor de meeste van hen is varen een manier van leven. Na de geboorte van hun twee kinderen zijn zij aan de wal gaan wonen. Leo is uiteindelijk bij Rijkswaterstaat terecht gekomen. Nog iedere dag mist hij zijn beroep als spitsenschipper. Na het lezen van dit boek en het bekijken van de honderden foto’s, begrijpt u waarom.
een mens na zoveel rampspoed verder gaan? Leo’s praktische instelling en onorthodoxe manier van aanpak loopt als een rode draad door zijn leven. Het verhaal van Leo Aarnoudse begint in 1953 op de kempenaar Bona Spes waarop zijn vader schipper is en eindigt in 1996 met de verkoop van zijn motorspits Mastodont. Hij vertelt over zijn jonge jaren waarin hij met elf broers en zussen opgroeit op de paar vierkante meter die de roef van hun schip telt. Hij is het tiende kind uit een oud schippersgeslacht dat zijn wortels heeft in het Zeeuwse St. Philipsland. Als dertienjarige knaap wordt hij voor de keuze gesteld, of doorleren of bij pa aan boord. Natuurlijk koos hij voor het laatste, een antwoord dat je kunt verwachten van iemand die het varen met de paplepel is ingegeven. Na de lagere school vaart hij een jaar als derde man bij zijn vader op de motorspits Corma. Verschillende andere schepen en schippers volgen. Op eenentwintigjarige leeftijd wordt hij zetschipper op de Jan Hendrik. Hij trouwt en wordt drie jaar later eigen baas. Aarnoudse gunt ons een kijkje in de keuken van een binnenvaartbedrijf zoals dat niet meer wordt gevoerd. Spitsenschippers gaan niet voor het grote geld, zegt hij. Voor de meeste van hen is varen een manier van leven. Na de geboorte van hun twee kinderen zijn zij aan de wal gaan wonen. Leo is uiteindelijk bij Rijkswaterstaat terecht gekomen. Nog iedere dag mist hij zijn beroep als spitsenschipper. Na het lezen van dit boek en het bekijken van de honderden foto’s, begrijpt u waarom.
Auteur | | H. Groot |
Taal | | Nederlands |
Type | | Hardcover |
Categorie | | Vrije tijd & Hobby |