Gedreven door verwantschap
Huug Kaleis (1928-1989), pseudoniem van Henk Huug Kaleis Essays over Willem Frederik Hermans
Kalbfl eisch die in het dagelijks leven leraar Frans was
aan een middelbare school, had zich met recensies
voor Het Parool en met zijn essaybundel Schrijvers binnenste
buiten (1969), in de Nederlandse literaire kritiek
van de jaren zestig een bescheiden, maar controversiële
plaats veroverd. Hij kreeg lof van Geert van Oorschot,
Adriaan Morriën, Jan Wolkers, Gerard Reve en niet
in de laatste plaats Willem Frederik Hermans. Maar
ook miskenning was zijn deel. Met De God Denkbaar
verklaard (1987) brak voor Kaleis een nieuwe episode
aan, die feitelijk al begin jaren zeventig was begonnen
toen hij in Tirade een uitvoerig essay over W.F.
Hermans en de Almacht had gepubliceerd. In de
andere essays die naast dit belangwekkende stuk in
Gedreven door verwantschap zijn opgenomen, kiest
Kaleis de kant van Hermans die sinds zijn verhuizing
in 1973 naar Parijs, banbliksems, vernietigend als zijn
beruchte Mandarijnen op zwavelzuur, op het gehate
Nederland afvuurde. Door een nieuwe generatie critici
onder aanvoering van Jaap Goedegebuure en Carel
Peeters werd Hermans in de jaren tachtig van de
vorige eeuw als een-schrijver-op-zijn-retour neergezet.
Kaleis verzette zich hiertegen.
Rob Molin (1947) promoveerde in 1995 op de poëtica
van Adriaan Morriën. Tijdens het onderzoek naar
diens leven dat uitmondde in de biografi e Lieve rebel
(2005), kwam hij in aanraking met de kritieken en
dagboeken van Huug Kaleis. Door die kennismaking
is deze veronachtzaamde criticus een nieuwe held voor
hem geworden.
Kalbfl eisch die in het dagelijks leven leraar Frans was
aan een middelbare school, had zich met recensies
voor Het Parool en met zijn essaybundel Schrijvers binnenste
buiten (1969), in de Nederlandse literaire kritiek
van de jaren zestig een bescheiden, maar controversiële
plaats veroverd. Hij kreeg lof van Geert van Oorschot,
Adriaan Morriën, Jan Wolkers, Gerard Reve en niet
in de laatste plaats Willem Frederik Hermans. Maar
ook miskenning was zijn deel. Met De God Denkbaar
verklaard (1987) brak voor Kaleis een nieuwe episode
aan, die feitelijk al begin jaren zeventig was begonnen
toen hij in Tirade een uitvoerig essay over W.F.
Hermans en de Almacht had gepubliceerd. In de
andere essays die naast dit belangwekkende stuk in
Gedreven door verwantschap zijn opgenomen, kiest
Kaleis de kant van Hermans die sinds zijn verhuizing
in 1973 naar Parijs, banbliksems, vernietigend als zijn
beruchte Mandarijnen op zwavelzuur, op het gehate
Nederland afvuurde. Door een nieuwe generatie critici
onder aanvoering van Jaap Goedegebuure en Carel
Peeters werd Hermans in de jaren tachtig van de
vorige eeuw als een-schrijver-op-zijn-retour neergezet.
Kaleis verzette zich hiertegen.
Rob Molin (1947) promoveerde in 1995 op de poëtica
van Adriaan Morriën. Tijdens het onderzoek naar
diens leven dat uitmondde in de biografi e Lieve rebel
(2005), kwam hij in aanraking met de kritieken en
dagboeken van Huug Kaleis. Door die kennismaking
is deze veronachtzaamde criticus een nieuwe held voor
hem geworden.
Auteur | | H. Kaleis |
Taal | | Nederlands |
Type | | Paperback |
Categorie | | Biografieën & Waargebeurd |