Afrika's verdwenen rijken
Op 9 mei 1871 begon Karl Mauch, met slechts een vaag idee over wat hem te wachten stond, aan een voettocht over het centrale plateau van Zuid-Afrika. De jonge Duitse geoloog had het plan voor deze tocht het jaar daarvoor opgevat, toen hij in een missiepost herstellende was van een aanval van malaria. Daar had Mauch kennisgemaakt met een andere Duitser, de eerwaarde A. Merensky die zijn nieuwsgierigheid had gewekt met verhalen over een reusachtige stenen ruïne, ergens op de goudvelden in het noorden.
Nu, met een geweer over Zijn schouder en met een grote parasol tegen de verzengend hete Zuidafrikaanse zon, ging Mauch op weg naar Mashonaland-het oude woongebied van het Mashona-volk. Mauch wist niet dat er zich in werkelijkheid honderden stenen ruïnes in het gebied bevonden. De Mashona noemden ze dzimba woye, wat letterlijk "vereerde huizen" betekent. (De naam, die in het Engels werd getranslitereerd als zimbabwe, werd in 1980 aangenomen door de onafhankelijke Afrikaanse natie waarin de meeste van deze opmerkelijke bouwsels liggen.) De ruïnes waren al meer dan 300 jaar daarvoor opgemerkt door de Portugezen-de eerste Europeanen die om Afrika voeren-en waren sindsdien al tal van malen verkeerd géïdentificeerd, geïnterpreteerd en verkeerd behandeld.
Auteur | | Jan van Gestel |
Taal | | Nederlands |
Type | | Hardcover |
Categorie | | Geschiedenis |