Geschiedenis van Friesland 1750 - 1995
Geschiedenis van Friesland 1750 - 1995
Geschiedenis van Friesland 1750 - 1995. In 1873 bezocht de jonge Italiaanse auteur Edmondo de Amicis de provincie Friesland. Hij maakte zich bij aankomst in Harlingen nogal ongerust. Hij was immers beland in een gebied, waar een taal werd gesproken waarvan zelfs de Hollanders niet veel begrepen. Bovendien wist hij dat men in Friesland bijna geen Frans sprak. Een Amsterdamse kennis had daarom een Friese vriend gevraagd De Amicis op te vangen. Het gesprek in Harlingen kwam op het oude Friesland en het oude Rome. 'Ik verweet hem het kruisigen der Romeinse soldaten, en hij antwoordde vrij bedaard, dat wij de aanvallende partij geweest waren, en dat als wij ons vergenoegd hadden met de schatting door Drusus opgelegd, die in huiden bestond zo als ze waren, zij niet in opstand zouden gekomen zijn. De Friezen waren opgestaan, zei hij, omdat Olennius zich niet meer met de huiden tevreden stelde, maar koelen, landerijen, jongens, vrouwen, eiste, en dat stond gelijk met hun het leven te willen nemen." Reeds vroegtijdig had Tacitus deze Fries in het gelijk gesteld: eerder de inhaligheid van de Romeinen dan de aantasting van hun onafhankelijkheid had de Friezen in verzet doen komen.
Auteur | | Onbekend |
Taal | | Nederlands |
Type | | Bindwijze overig |
Categorie | | Geschiedenis |