Vrijheid vormt een van de meest centrale waarden van onze beschaving. Niettemin zijn de meningsverschillen over de betekenis van dit begrip groot. Deze worden niet kleiner wanneer de vraag wordt gesteld hoe de realisatie van deze waarde kan worden bevorderd. In dit boek wordt in de eerste plaats een overzicht gegeven van de betekenissen die door een aantal vooraanstaande sociaal en politiek filosofen aan vrijheid worden gegeven. Aan de orde komen hierbij met name het werk van Isaiah Berlin en Charels Taylor, twee denkers die in Nederland in toenemende mate in de belangstelling staan. Vervolgens wordt bezien in hoeverre een compromis kan worden gevonden tussen twee centrale noties van vrijheid: het beschikken over een privé - domein waarbinnen men met rust wordt gelaten en het vermogen het eigen leven richting en betekenis geven. Dit krijgt een praktische vertaling door in te gaan op de vraag op welke wijzen participatie in culturele activiteiten de individuele autonomie kan bevorderen en hoe een cultuurspreidingsbeleid kan worden gerechtvaardigd en geïmplementeerd.