Het Europees Stelsel van Rekeningen(ESR); Le Systeme Europeen des Comptes (SEC) 2014-3
Onderhavig boek behandelt het Europees Stelsel van Rekeningen (ESR), diens rapportering en revisorale controle. In het eerste inleidende hoofdstuk wordt kort ingegaan op de opdracht waar bedrijfsrevisoren rechtstreeks worden geconfronteerd met het ESR, nl. bij Vlaamse publiekrechtelijke rechtspersonen overeenkomstig het Vlaams Rekendecreet. Het tweede hoofdstuk zoomt in op de oorsprong en de bestaansredenen van het ESR. Vervolgens schetst het derde hoofdstuk de evolutie van het wettelijk kader van ESR op Europees vlak.
De implementatie van ESR in het Belgisch wetgevend kader vormt het onderwerp van het vierde hoofdstuk. Naast de overheidsperimeter volgens het ESR 1995 en het ESR 2010 wordt dieper ingegaan op de rekeningen van de overheid inclusief de deelrubrieken en de ESR-rapportering door de Belgische overheden. Het vijfde hoofdstuk behandelt de vergelijking tussen ESR 1995 en ESR 2010. De vergelijking tussen de accruals-based ondernemingsboekhouding en het ESR vormt het onderwerp van het zesde hoofdstuk.
Hoofdstuk zeven argumenteert dat goede accruals-based boekhouding, die het voorwerp is van een doeltreffende interne controle en een onafhankelijk audit, de noodzakelijke basis vormt voor betrouwbare statistieken overeenkomstig ESR. De rol van het bedrijfsrevisoraat in het ESR-verhaal wordt in het achtste hoofdstuk in kaart gebracht. In het negende hoofdstuk wordt dieper ingegaan op wat het Rekenhof als groepsauditor specifiek van de bedrijfsrevisor verwacht bij de controle van ESR.
Een epiloog van de Voorzitter van het IBR waarin de uitdagingen en opportuniteiten voor het revisoraat in het kader van het ESR-verhaal nader worden toegelicht, sluit het boek af.
De implementatie van ESR in het Belgisch wetgevend kader vormt het onderwerp van het vierde hoofdstuk. Naast de overheidsperimeter volgens het ESR 1995 en het ESR 2010 wordt dieper ingegaan op de rekeningen van de overheid inclusief de deelrubrieken en de ESR-rapportering door de Belgische overheden. Het vijfde hoofdstuk behandelt de vergelijking tussen ESR 1995 en ESR 2010. De vergelijking tussen de accruals-based ondernemingsboekhouding en het ESR vormt het onderwerp van het zesde hoofdstuk.
Hoofdstuk zeven argumenteert dat goede accruals-based boekhouding, die het voorwerp is van een doeltreffende interne controle en een onafhankelijk audit, de noodzakelijke basis vormt voor betrouwbare statistieken overeenkomstig ESR. De rol van het bedrijfsrevisoraat in het ESR-verhaal wordt in het achtste hoofdstuk in kaart gebracht. In het negende hoofdstuk wordt dieper ingegaan op wat het Rekenhof als groepsauditor specifiek van de bedrijfsrevisor verwacht bij de controle van ESR.
Een epiloog van de Voorzitter van het IBR waarin de uitdagingen en opportuniteiten voor het revisoraat in het kader van het ESR-verhaal nader worden toegelicht, sluit het boek af.
Auteur | | S. de Blauwe |
Taal | | Nederlands |
Type | | Hardcover |
Categorie | | Economie & Financiƫn |