Een klein, maar warm en verrassend boek over de vriendschap van een klein meisje en een stinkende straathond, dat in Amerika (Newbery Honor Book) en Duitsland een klinkend succes werd. Op een mooie zomerdag gaat de tienjarige India Opal Buloni naar de supermarkt om boodschappen te doen en komt thuis met een hond. Zij noemt hem naar de supermarkt waar ze hem vond: Winn-Dixie. Winn-Dixie is niet zomaar een hond. Hij is groot, mager en hij stinkt een beetje, maar hij heeft ook een hartveroverende glimlach.Opal en haar vader zijn net verhuisd en Opal heeft nog geen vriendjes gemaakt in Florida, waar ze voorlopig nog in een morsig trailerpark wonen. Maar met de komst van Winn-Dixie verandert alles. Door hem leert ze allerlei bijzondere mensen kennen: juffrouw Franny Block van de bibliotheek, Otis van de dierenwinkel, Gloria Dump, Amanda Wilkinson en de jongens Dewberry. Nu Winn-Dixie er is durft ze eindelijk ook naar haar moeder te vragen. Die liet haar vader en Opal in de steek toen ze nog maar drie jaar oud was. Eigenlijk moet Opal gewoon toegeven dat al het goede wat haar die zomer overkwam alleen maar kón gebeuren door Winn-Dixie.