In westerse landen wegen veel kinderen 20 tot 50% meer dan gezond voor ze is. En hun aantal groeit nog steeds. Dikke kinderen worden vaak dikke volwassenen en lopen daardoor de kans op allerlei kwalen van lichamelijke en psychische aard. Vrijwel geen enkel kind vindt het leuk om dik te zijn. De meeste dikkerdjes komen met sport en spel niet zo goed mee en worden daar nogal eens mee gepest. Een kind dat echt veel dikker is dan de andere kinderen heeft het in de klas vaak moeilijk. Soms zoekt het compensatie in stoer gedrag, of het vlucht weg in een fantasiewereld. Zo'n kind kan erg eenzaam zijn en zoekt dan wellicht troost in televisie kijken en snoepen. Niet alle dikke kinderen hebben deze problemen maar een groot aantal wel.