“In ‘Hoge toppen’ doet Reinhold Messner voor het eerst verslag van zijn hele berg beklimmersloopbaan. Hij vertelt over zijn eerste kennismakingen met de bergen, zijn beklimmingen met zijn vader en, later, met zijn broer Günther. Hij beklimt als eerste de moeilijkste Dolomietenroutes uit de jaren zestig, gaat daarbij soms alleen en zelf in de winter.

In 1970 wordt Messner voor het eerst uitgenodigd voor een Himalaya-expeditie. Met deze dramatische beklimming – zijn broer Günther sterft tijdens de afdaling – begint voor Reinhold Messner een obsessie waarvan niemand in die tijd de uitvoering voormogelijk had gehouden: het beklimmen van alle veertien ‘achtduizender-toppen’ in de Himalaya.

Hi doorbreekt de grenzen van het Himalaya-klimmen en stelt nieuwe maatstaven voor zijn generatie bergebeklimmers. Stukje bij beetje brengt Reinhold Messner alle Achtduizenders op zijn naam en in 1986 boekt hij een uniek verzamelrecord.

Messner klimt intussen ook op andere continenten en vindt ook hier nieuwe, vaak extreem moeilijke routes op de hoogste bergen van Noord- en Zuid-Amerika, van Afrika en Australië. In 1986 wordt hij de tweede klimmer ter wereld die alle ‘Seven Summits’ beklimt, de eerste die daarbij ook voortdurend nieuwe routes heft gevolgd.

Daarmee heeft Messner vrijwel alles bereikt wat een alpinist zich maar kan wensen. Hij staat op een ongeëvenaard niveau, onvergelijkbaar met één van zijn klimmende tijdgenoten.

Samen met de poolreiziger Arved Fuchs steekt Messner op ski’s de bijna onmetelijke ijskap van antarctica over. Zo laat hij zien dat er nog andere uitdagingen zin dan bergen alleen.”