Het diepe besef van de eenheid van al wat is betekent werkelijk geluk. Het bevrijdt ons van onze ik-kramp en maakt ons tot mensen die van mededogen vervuld zijn. Dat geluk is niet enkel weggelegd voor een handjevol heiligen of verlichten, maar is de uiteindelijke bestemming van ieder mens en de hele mensheid. De overtuiging dat mededogen, en niet haat of bitterheid, onze ware roeping is, wordt in dit boek onderbouwd met tal van inzichten en verhalen uit de grote spirituele tradities van Oost en West. Bovendien volgen na elk hoofdstuk eenvoudige oefeningen (om alleen of met anderen te doen), die ertoe kunnen bijdragen dat we in ons dagelijks leven met meer mededogen omgaan met onszelf, de ander en de wereld. Zo is dit boek een handreiking aan ieder die vrede en heelheid wil, in zichzelf en in de wereld.