De oprichting van de K.P.M. was in 1891 de oorzaak van de vestiging van een Nederlandse dochteronderneming van het machtige Engelse scheepvaartbedrijf van A. Holt & Co., beter bekend als de Blue Funnel Line. Deze onderneming, de Nederlandse Stoomvaart Maatschappij ''Oceaan'', begon in concurrentie met de S.M.N. en R.L. een lijndienst tussen West-Europa en Oost-Indië. Tot cargadoor van deze nieuwe dienst werd Meyer & Co's Scheepvaart Maatschappij aangesteld, die al eerder vergeefse pogingen had ondernomen een dienst met stoomschepen te openen naar de Oost.
Gelukkig bereikte men spoedig overeenstemming met de ''Nederland'' en de ''Lloyd'' en er bleek op de Holland-Indië route ruimte te zijn voor een derde Nederlandse rederij.

In 1960 namen de Engelse ''Blauwpijpers'' (zo genoemd naar hun opvallende schoorstenen) de Indonesië-dienst over en kwamen de Nederlandse zusterschepen in een lijndienst naar het Verre Oosten.

Na drie jaar konden de Nederlandse Blauwpijpers de vaart op Indonesië weer hervatten, totdat hieraan in 1978 een einde kwam, nadat alle NSMO-schepen weer onder Engelse vlag waren gebracht.
In dit historische overzicht komen niet alleen de 70 Blauwpijpers aan bod, maar ook de 6 zeilschepen van Meyer & Co en de 7 schepen van de Stoomvaart Maatschappij ''Insulinde''.