De onzichtbare regenboog
In de afgelopen 220 jaar is in de samenleving de universele overtuiging ontstaan dat elektriciteit ‘veilig’ is voor de mensheid en de planeet. Wetenschapper en journalist Arthur Firstenberg doorbreekt deze overtuiging door het verhaal van elektriciteit te vertellen op een manier die nog nooit eerder is verteld − vanuit milieuoogpunt − door gedetailleerd in te gaan op de effecten die deze fundamentele maatschappelijke bouwsteen heeft gehad op onze gezondheid en onze planeet.
In De onzichtbare regenboog schetst Firstenberg de geschiedenis van elektriciteit vanaf het begin van de jaren 1700 tot op heden, waarbij hij overtuigend aantoont dat veel milieuproblemen, evenals de belangrijkste ziekten van de geïndustrialiseerde beschaving − hartziekten, diabetes en kanker − verband houden met elektrische vervuiling.
Mensen, dieren, planten, eigenlijk alles wat leeft zijn biologische organismen. Wij bestaan uit elektriciteit, of anders gezegd uit energie. Einstein zei het al begin 1900: “Alles is energie.” En al die energie heeft verschillende frequenties, ook in je lichaam. Ben je weleens uit je auto gestapt en kreeg je een schok? Of heb je iemand weleens een hand gegeven en voelden jullie beiden een schok? De statische lading die jullie opgebouwd hadden, was niet afgevoerd.
Frequenties zijn overal in en om ons heen. Ze kunnen ons helpen, ons genezen, maar ons ook ziek maken. Een gezond lichaam heeft een frequentie van 62 tot 78 Hz (herz). Als door elektromagnetische golven − trillingen of frequenties − onze eigen frequenties worden verstoord, zal er ziekte ontstaan. Dit is vrij eenvoudig te meten.
Ziekten door verstoorde frequenties kunnen verholpen worden met uiteenlopende behandelingen. Alhoewel niet altijd. Sommige dieren, planten en mensen zijn zo gevoelig dat ze zeer slecht herstellen.
Firstenberg beschrijft met vele voorbeelden dat het geen toeval meer kan zijn als veel mensen tegelijkertijd ziek worden als er in een plaats, land of wereldwijd een nieuwe, sterke frequentie wordt gelanceerd.
Over de auteur
Arthur Firstenberg is een wetenschapper en journalist die het voortouw neemt in een wereldwijde beweging om het taboe rond elektrovervuiling te doorbreken. Nadat hij Phi Beta Kappa (als lid van een vereniging van studenten waarvan de leden worden gekozen op basis van hoge academische prestaties) afstudeerde aan de Cornell University met een graad in wiskunde, ging hij van 1978 tot 1982 naar de University of California, Irvine School of Medicine.
Een overdosis röntgenstraling maakte een einde aan zijn medische carrière. De afgelopen achtendertig jaar was hij onderzoeker, adviseur en docent over de effecten van elektromagnetische straling op de gezondheid en het milieu, en beoefende hij verschillende geneeswijzen.
In De onzichtbare regenboog schetst Firstenberg de geschiedenis van elektriciteit vanaf het begin van de jaren 1700 tot op heden, waarbij hij overtuigend aantoont dat veel milieuproblemen, evenals de belangrijkste ziekten van de geïndustrialiseerde beschaving − hartziekten, diabetes en kanker − verband houden met elektrische vervuiling.
Mensen, dieren, planten, eigenlijk alles wat leeft zijn biologische organismen. Wij bestaan uit elektriciteit, of anders gezegd uit energie. Einstein zei het al begin 1900: “Alles is energie.” En al die energie heeft verschillende frequenties, ook in je lichaam. Ben je weleens uit je auto gestapt en kreeg je een schok? Of heb je iemand weleens een hand gegeven en voelden jullie beiden een schok? De statische lading die jullie opgebouwd hadden, was niet afgevoerd.
Frequenties zijn overal in en om ons heen. Ze kunnen ons helpen, ons genezen, maar ons ook ziek maken. Een gezond lichaam heeft een frequentie van 62 tot 78 Hz (herz). Als door elektromagnetische golven − trillingen of frequenties − onze eigen frequenties worden verstoord, zal er ziekte ontstaan. Dit is vrij eenvoudig te meten.
Ziekten door verstoorde frequenties kunnen verholpen worden met uiteenlopende behandelingen. Alhoewel niet altijd. Sommige dieren, planten en mensen zijn zo gevoelig dat ze zeer slecht herstellen.
Firstenberg beschrijft met vele voorbeelden dat het geen toeval meer kan zijn als veel mensen tegelijkertijd ziek worden als er in een plaats, land of wereldwijd een nieuwe, sterke frequentie wordt gelanceerd.
Over de auteur
Arthur Firstenberg is een wetenschapper en journalist die het voortouw neemt in een wereldwijde beweging om het taboe rond elektrovervuiling te doorbreken. Nadat hij Phi Beta Kappa (als lid van een vereniging van studenten waarvan de leden worden gekozen op basis van hoge academische prestaties) afstudeerde aan de Cornell University met een graad in wiskunde, ging hij van 1978 tot 1982 naar de University of California, Irvine School of Medicine.
Een overdosis röntgenstraling maakte een einde aan zijn medische carrière. De afgelopen achtendertig jaar was hij onderzoeker, adviseur en docent over de effecten van elektromagnetische straling op de gezondheid en het milieu, en beoefende hij verschillende geneeswijzen.
Auteur | | Arthur Firstenberg |
Taal | | Nederlands |
Type | | Paperback |
Categorie | | Mens & Maatschappij |