De buitengewone werken van de familie Álvarez Luc Vandromme EEN ODE AAN DE WETENSCHAP, DE FOTOGRAFIE EN DE GRENZELOZE LIEFDE Stel dat een schipbreukeling 150 jaar na datum op het Robinson Crusoe-eiland aanspoelt, zou hij daar dan een onbewoond oerwoud aantreffen, of heeft Robinson zijn idyllische levenswerk aan nazaten weten door te geven? Die vraag is het uitgangspunt van deze historische roman, die zich afspeelt in de begindagen van de fotografie. Wanneer Amaya Azanza Diaz op 15 mei 1851 overlijdt, ziet haar echtgenoot, de befaamde wegenbouwer Hilario Álvarez Rincon, zich voor de onmogelijke taak geplaatst zijn jonge drieling alleen op te voeden. Als negentiende-eeuwse romanticus weigert hij zijn zonen aan het leger uit te leveren. Liever zendt hij ze, van op zijn sterfbed, weg uit zijn geliefde Spanje met de missie 'grote daden voor de mensheid' te stellen. Pas dan kan hij hen hun deel van zijn royale erfenis schenken. Ángel belandt, zonder zijn broers Manuel en Miguel, op het eiland Más a Tierra, waar hij voor het eerst geconfronteerd wordt met melaatsheid. De buitengewone werken van de familie Álvarez is een meeslepend liefdesverhaal dat de lezer meevoert naar een wondere wereld vol buitengewone personages. De originele verhaallijn behandelt in de marge thema's als de ontwikkeling van de geneeskunde en de fotografie, de rassenproblematiek en de beginnende vrouwenemancipatie.