De vanzelfsprekendheid waarmee iedereen met natuur en landschap te maken krijgt is sterk verminderd. Het digitale tijdperk houdt voor veel mensen in dat ze minder tijd buiten en meer uren achter het beeldscherm doorbrengen. Dit boek wil mensen prikkelen om meer naar buiten te gaan. Niet belerend of opdringerig, maar vanuit de eigen ervaring hoezeer deze dingen het leven kunnen verrijken. Dit boek is met die intentie gemaakt. De woordspeling in de titel is tegelijkertijd een ambitie; een program. Wie naar builen gaat, gewoon in Zeeland, ontdekt de buitengewone kwaliteiten van Zeeland, van onze natuur, ons landschap. Het gewone, dat ons dagelijks omringt, is eigenlijk heel bijzonder.

Wat in het geheel bijzonder opvalt is de fotografie. Chiel Jacobusse heeft zich de afgelopen jaren tot een natuurfotograaf van formaat ontwikkeld. Eentje met geduld, en met gevoel voor waar hij moet zijn om op het beslissende moment klik te zeggen.

Het boek is voorzien van een register, ingedeeld naar ‘hogere planten, paddenstoelen, amfibieën, decapoden, vogels en zoogdieren’.