VERGAENE GLORIE – Echo's van een Niet zo Luisterlijk Verleden

De auteurs Ludo en Nico die op hun zestiende een rommelig punkbandje hadden, genaamd ‘Vergaene Glorie’, lopen elkaar na vele jaren terug tegen het lijf. Hun huwelijken zijn gestrand en ze beslissen om een roadtrip naar Brighton te ondernemen, de Britse kustplaats waar Mods en Rockers elkaar te lijf gingen in de jaren 60.

De aandacht van een podium of de anonimiteit van een groot gezin. In hun kinderjaren worden de eerste zaadjes van het punkdom geplant. In zijn fantasie waant Nico zich gitaarheld op een tennisracket na eerst door zijn nicht te zijn meegetroond naar concerten van KISS en AC/DC. Ludo beeldt zich in sterreporter te zijn van een krantje met een oplage van één exemplaar en later lanceert hij ‘Insipid’, een van Kortrijks eerste Punk fanzines.

Het Kortrijk van de jaren 80 waar de tieners opgroeien is een stad van uitersten. Rijk versus arm, de stad versus de rand, het statiekrapuul versus de in merkkledij gehulde ‘crapules de luxe’ en de bourgeoiscultuur versus het opkomende alternatieve kunstencircuit.

Twee roemruchte Kortrijkse punkbands hebben een grote invloed op beide tieners. De P.I.G.Z., wat staat voor ‘Punk Is Grote Zever’, die in 1978 the First Belgian Punk Contest wonnen in Brussel, een soort van nevenconcours van de allereerste Rock Rally. Het verhaal gaat dieper in op de oorsprong en de achtergrond van deze historische punkband die als een van de eerste Belgische groepen de eer kreeg het podium van Vorst Nationaal te delen met Iggy Pop. En de in 1979 gevormde Definitivos met hun al even notoire frontman Lucien Callewaert, die levenslang de schelm in zijn eigen schelmenroman speelt. Wanneer gitarist Peter ‘Coppie’ Coppens tot de Definitivos toetreedt, stijgt de punk credibility, totdat het tweetal in 1983 uit de groep gezet wordt wegens overmatig druggebruik. De groep gaat nog even verder tot de Belpoprage in 1986 is uitgewoekerd.

Het boek bevat ook hilarische tijdsdocumenten zoals de benefietplaat ‘Geef om New Wave’ van Ariola (1977) en het punkdebat in Humo van januari 1978 becommentarieerd door Guy Mortier.

Kuurnse punkers kan je op dat moment op één hand tellen en het is Nico die met een announce in Humo’s ‘Wiezoektivindt’ aanstalten maakt om een punkgroep te starten. Een andere Kuurnse punker die hierop reageert, een zekere ‘Twône, koestert verder geen muzikale ambities omdat hij toetreedt tot de…rijkswacht. Twône brengt Nico wel in contact met de derde Kuurnse punker, Warlop, die de frontman van de band zal worden. Hij kent een zekere Ludo uit Kortrijk die over een basgitaar beschikt. Wanneer de drie Kuurnse punkers het in zaal Midheem aan de stok krijgen met een horde hardrockers, verzeilen ze in een benarde situatie.

Nico verruimt zijn wereld door in Antwerpen op date te gaan met zijn eerste ‘punkrockprente’ die hij ontmoet via een Joepie-contactadvertentie. Op schoolreis in Londen gaat een nog veel ruimere wereld open die op de tiener een blijvende indruk maakt. Met zijn eerste punklief exploreert Ludo dan weer Gent, de hoofdstad van West(!)-Vlaanderen.

Het epicentrum van de Kortrijkse punkavonturen begin jaren 80 speelt zich af in de punkkroeg ‘Twenty-One’, op een compleet illegale manier uitgebaat door een al even notoire vriend van Lucien, Patrick, afgekort Pat’n. Wanneer de politie er handhandig een punkfeest stil legt, sneuvelt een combiruit. Een punker die hiervan beticht wordt, een zekere ‘Charel’, wordt later veroordeeld en zijn veroordeling geeft aanleiding tot de oprichting van een actiecomité tegen politieterreur en een benefietconcert ‘Nacht van de Combi’ in zaal Limelight met onder meer de Brassers en Definitivos.

Zonder enige notie van muziek vangen Warlop, Nico en Ludo in het tuinhuis van Nico’s peter hun repetities aan. De tijd dringt, want ze mogen het benefietconcert openen. Ze krijgen bijstand van Piet, een oudere drummer, die over een Volga beschikt, een tank van een auto, zo zal later blijken. Nadien stapt Piet het af en uit noodzaak gaat het trio in zee met Ronny, een overjaarse hardrock drummer die ze allen vrezen.

Terwijl Ludo in de krakersbeweging van Amsterdam verzeilt, vormt het Seasidefestival in De Panne voor Nico de aanleiding om het Oostendse nachtleven in te duiken. Ann, het ex-lief van Twône (de rijkswachter), wordt de nieuwe madam van de in Brussel vertoevende Kloot per W. Zij loodst Nico binnen op Polder Rock waar Kloot per W speelt met The Empoyees en waar ze de Kreuners compleet belachelijk maken.

‘De Vonk’ of Iskra is de naam van een 14-jarige rijzige blonde punkster die er 18 uitziet en de dochter is van eens stel mei ‘68-ers. Zij wordt het lief van Nico en samen zetten ze met hun anarchopunkgroep –XXX- de bakens uit, wat voor Nico jaren later uitmondt in een wereldwijd rock’n’roll avontuur.

Na de sluiting van punkcafé den Twenty-One beleven Ludo en Nico nog politionele avonturen. Ludo omdat hij op beschuldiging van fietsdiefstal wordt opgepakt, terwijl de flikken de fietsplaat simpelweg in de verkeerde fichebak zochten. Nico en Iskra omdat zij moeten verschijnen in een line-up van verdachten.

Ofschoon Ludo startte met een fanzine, is het uiteindelijk Nico die gebeten wordt door de microbe van grafische vormgeving, wat resulteert in eigen bedrijf voor bandmerch en een screenprinting atelier. De DIY-gedachte getrouw, ontwerpt Nico later ook alle platenhoezen en affiches voor zijn bands. Ludo gooit zicht dan weer met het zine ‘Bizar Poseur’ op het fashion en street style gebeuren. In de tweede helft van de jaren 80 is het voor hem afgelopen en bergt hij zijn punkkleren en platencollectie op in een kartonnen doos op de zolder. Hij start zijn loopbaan in een boekhoudkantoor en rolt de politiek in.

Hoewel hij inmiddels een carrière in Human Ressources Management uitbouwde, rijdt Nico verder op de rock’n’rollercoaster. Met Midnight Men en later met de Buckweeds slaat hij de Sixties garagerock richting in. Als bij toeval belandt hij in Bissegem met de Buckweeds in het voorprogramma van Marky Ramone. Wanneer Nico’s band zonder drummer valt, trekt hij zijn stoute schoenen aan en schrijft Marky aan. Wonderwel zegt die ‘ja’ en Marky Ramone & The Speedkings zijn geboren. Ter voorbereiding van een Europese tournee wordt duchtig gerepeteerd in de gemeenteschool van Kuurne. Uiteindelijk zullen de Kortrijkse gitarist Dominiek Decandt en de Oostendse bassist Glen Meyer de bezetting van de Speedkings uitmaken. De grillen en de fratsen van Mister ‘What it’s gonna pay’ Ramone kotsbeu, geeft Nico er uiteindelijk de brui aan.

In een afzonderlijk hoofdstuk gaat Ludo dieper in op de betekenis van Punk (anti-) fashion.

Een bijzondere passage in het boek is weggelegd voor ene Eddy Verbruggen, full patched member van The Hells Angels en chauffeur van Lemmy Kilmister en Motörhead tijdens hun Europese tournees.

Bij wijze van caféweddenschap plaatsen Ludo en Nico in 2007 met hun gelegenheidsgroep P.O.G.O.Z. de inmiddels uit de gevangenis ontslagen Lucien Callewaert terug op een podium en heel even schittert zijn ster opnieuw. Het zal nog duren tot 2010 vooraleer de reünie van de Definitivos een feit is. In 2017 treedt gitarist Peter Coppens opnieuw toe en is de groep terug in originele bezetting. Hoogtepunt vormt hun jubileumconcert in 2019 naar aanleiding van hun 40-jarig bestaan, samen met De Brassers en Red Zebra.

De auteurs blikken terug op zowel de successen als de dieptepunten van hun van hun leven en wat ze daaruit geleerd hebben.