Veel kinderen hebben ervaringen die de wetenschap niet thuis kan brengen. Soms horen ze geluiden, zien ze vreemde voorwerpen, wezens of mensen die zijn overleden. Ook kunnen ze opdrachten krijgen, stemmen horen en onzichtbare vriendjes hebben. Deze ervaringen kunnen verwarrend zijn en vragen oproepen. Bij het kind zelf, maar ook bij de omgeving. Wanneer een kind de moed heeft verzameld om hulp te vragen, wordt de oplossing vaak gezocht in de reguliere hulpverlening; in medicatie en therapieën. In de meeste gevallen wordt het ‘probleem’ vervolgens alleen maar groter. Dit boek geeft inzicht in het hoe en waarom van deze geestelijke gewaarwordingen van kinderen. Met als direct effect dat een kind zich minder eenzaam voelt. Door samen het boek te bestuderen, kan over lastige onderwerpen gesproken, kunnen vragen beantwoord worden en zul je leren er beter mee om te gaan. Ook worden in dit boek belangrijke levensvragen uitgelegd, zoals: waar kom je vandaan, waarom ben je op aarde, wat is je ziel, je geest, je lichaam, geboren worden, sterven, ziek zijn, genezen en ga zo maar door. Een belangrijk en baanbrekend boek voor het kind zelf, maar ook voor ouders, begeleiders, behandelaren en geestelijk hulpverleners. Het boek is te lezen voor kinderen vanaf circa tien jaar.