Woonwagenbewoners laten zich niet afschaffen
Woonwagenbewoners roepen vanaf hun ontstaan in het begin van de twintigste negatieve beelden op. Het was en is een gesloten gemeenschap met eigen normen en waarden. Woonwagenbewoners leefden soms op gespannen voet met de rest van de bevolking en vooroordelen over hen tierden welig voort. Ze werden beticht van diefstal, roof, oplichting en vooral de laatste decennia werden zij geassocieerd met criminaliteit. Echter, hun geschiedenis laat zien dat ze vaak gediscrimineerd zijn door de sedentaire bevolking, in het onderwijs, op de arbeidsmarkt en door de overheid.
In dit boek staat het dagelijks leven van de woonwagenbewoners in Noord-Brabant tussen 1918-2018 centraal. Zij kunnen in vele opzichten representatief genoemd worden voor deze bevolkingsgroep in Nederland. Hun negatieve imago is deels een gevolg van onbekendheid en daarom zou deze studie een aanrader kunnen zijn voor iedereen die met deze bevolkingsgroep te maken heeft. Zoals beleidsmakers, het onderwijsveld, maatschappelijk werk en welzijnswerkers. Want om het heden te kunnen begrijpen kan men niet zonder kennis van het verleden en dat geldt zeker voor de woonwagenbewoners met hun specifieke leefwijze.
Met een voorwoord van Dr. Sjaak Khonraad.
Gerda Godrie-van Gils (1944) is cultuurhistorica. Zij publiceerde eerder over de geschiedenis van het huishoudonderwijs in Noord-Brabant (2008) en Zeeland (2013).
Auteur | | Gerda Godrie-van Gils |
Taal | | Nederlands |
Type | | Paperback |
Categorie | | Mens & Maatschappij |