Mathieu van der Poel ! Wie anders heeft de harten van de wielerliefhebbers (en nog velen meer) in het voorjaar sneller doen kloppen. Was er eerst een hernieuwde wereldtitel in het veldrijden, daarna volgde een campagne op de weg die weinigen zo hebben voorspeld. En daarom siert hij terecht de cover. Een lofzang op zijn prestatie en een overzicht van zijn voorseizoen. Hoe hij ons de komende maanden nog gaat verrassen zal blijken. In elk geval vooralsnog niet op de weg want nu volgt de periode waarin het mountainbiken op het programma staat. Alles in het kader van de Olympische Spelen 2020 in Tokio. Maar in september volgt in het Engelse Yorkshire wel nog het wereldkampioenschap op de weg. Het zal toch niet… Om Tokio kunnen we niet meer heen. De successen van de baanrenners zijn fenomenaal en we moeten heel ver terug gaan om oranje zo op het voorplan terug te vinden. Harry Lavreysen is een van de pionnen die ons land aan Olympisch goud kan helpen. Vandaar uitgebreid aandacht aan deze renner uit Luyksgestel. De Brabander is wereldkampioen sprint en hoopt opvolger van Jacques van Egmond (1932) als Olympisch kampioen sprint te worden. Dat hij er heel veel voor moet doen vernemen we in dit nummer van Helden in de wielersport in Brabant. Bier heeft in de wielersport door de jaren heen haar sporen achtergelaten. En nog. Denk maar aan de Amstel Gold Race. De merken Drie Hoefijzers en Breda Bier zijn al lang verdwenen maar zijn eind vijftig en in de zestiger jaren in beeld geweest met een legendarische ploegleider Toon Simons. Een pakkende story over deze flamboyante Bredanaar. Aandacht ook voor twee Brabanders die het niet gered hebben om in de profrangen door te dringen: Jasper de Laat en Bas van Lamoen. Maar daarom zijn hun carrières niet minder interessant. Voor Mathieu Hermans zijn die successen bij de profs er wel geweest. En niet zo zuinig ook. Maar mooi is ook de allereerste wedstrijd. Het is weer heerlijk genieten van de wielersport en Nederland telt weer mee op het hoogste niveau. 18 januari 2019 overleed Cees Haast. In de zestiger jaren werd hij geacht de Tour de France te kunnen winnen omdat hij goed bergop kon. Vooral door zijn ploegleider Kees Pellenaars met wie “Haaske” wel een goede verstandhouding had in tegenstelling tot veel anderen.