Triootje
Drie kunstenaars. Drie correspondenten. Twee zijn er inmiddels dood. De een wordt in 2004 op weerzinwekkende wijze afgeslacht en vermoord. De ander heeft plotsklaps uitgezaaide kanker en stikt in 2016. Ter lering, ter ere en ter verwerking gaat de derde ermee aan de slag alvorens zij zelf het loodje legt. Terwijl ze in 1999 de honden uitlaten komen ze elkaar regelmatig tegen in park Frankendael in Amsterdam-Oost. De gesprekken lopen hoog op. Ze hebben één ding gemeen; een moeder, ieder hun eigen. Nok Snel: “Ik was mijn moeders’ minnares en werd door mijn vijf jaar oudere broer misbruikt.” Theo van Gogh: “Ik heb een keer met mijn moeder geneukt. Dat was niet tegen mijn wil en niet tegen de hare.” Treesje Bannenberg: “Mijn moeder hokt al 45 jaar stiekem samen met een priester die mij als kind misbruikte.” Woorden die het daglicht niet kunnen verdragen, die zonder meer in de maatschappij onder het tapijt worden geschoven. In de jarenlange briefwisseling die er op volgt wordt onder andere het taboe incest en de gevolgen daarvan met elkaar gedeeld.
Auteur | | Treesje Bannenberg |
Taal | | Nederlands |
Type | | E-book |
Categorie | | Biografieën & Waargebeurd |