In dit boek worden de belevenissen van een eenvoudige soldaat verteld van een soldaat die de campagne van Napoleon in 1812 als vrijwilliger meemaakt. Het boek beschrijft zijn opleiding en beschrijft de ervaringen tijdens de lange mars naar Rusland.

Ik heb in dit boek de belevenissen van een voorouder van mij opgetekend: Remi Remouchamps, die als vrijwilliger in 1811 en 1812 met Napoleon Bonaparte meetrok naar Moskou met de Grande Armée. De context van het boek is merendeels fictie. De persoon van Remi en zijn directe familie hebben uiteraard werkelijk bestaan. Doch de meeste figuren, of ze nu in de hoofdrol optreden of in een of andere bijrol, zijn allen ontsproten aan mijn fantasie en elke overeenstemming met de werkelijkheid berust op zuiver toeval. De historische gebeurtenissen die zich echter voordeden tussen 1810 en 1812 en binnen welke tijdspanne dit boek zich afspeelt, zijn wel degelijk waar gebeurd en, naast de schriftelijke ontboezemingen van Remi aan zijn moeder, tevens gebaseerd op verslagen van andere deelnemers aan dit verschrikkelijke avontuur. De tocht voert hem vanaf Luik, waar hij zijn initiële opleiding heeft gehad, dwars door de Duitse landen van de door Napoleon gecreëerde Rijnbond, de Koninkrijken Hannover en Pruisen naar het noordelijke deel van het Hertogdom Warschau, ook al een creatie van de Keizer.