Jurgen Haeck is vier jaar wanneer zijn vader het Europees kampioenschap boksen verliest van Roland Cazeaux. 'De scheidsrechters waren omgekocht,' beweert zijn vader, en niet alleen de Vlaamse, maar ook de Franse pers spreekt van een gestolen overwinning.

Als tiener gaat Jurgen stiekem boksles volgen: hij wil zijn vader wreken door op een dag tegen een Fransman te strijden voor de Europese titel. Maar zijn vader komt dit te weten en verbiedt hem nog te gaan trainen – hij vindt boksen een gevaarlijke en oneerlijke sport. Maar Jurgen blijft aandringen. Zijn vader zwicht en brengt zijn zoon in contact met zijn ex-trainer Jef Van Driessche.

Bij de eerste match blijkt Jurgen een geboren kampioen, maar de Koninklijke Belgische Boksbond, een federale instelling die hem onvoorwaardelijk zou moeten steunen, kan niet tegen Jefs kritiek op het wanbeleid. Met een nieuw reglement probeert de bond de carrière van Jurgen af te remmen en zijn deelname aan de Olympische Spelen te beletten. Gedemotiveerd hangt Jurgen zijn wanten aan de haak, maar hij blijft ervan dromen om zijn vader te wreken én te evenaren.

De strijd van Jurgen Haeck voor persoonlijke vrijheid en tegen institutionele waanzin werd opgetekend door Bart Van Lierde, auteur van Een bestseller schrijven voor Dummies en de thriller 0110.