Gilles Deleuze en het materialisme
'De moderne wetenschap heeft de blik van de hedendaagse mens afgewend van het verre verleden en op de actuele wereld, op het heden, gericht: het hier en nu en de onmiddellijke toekomst. In de showrooms van het futurisme lopen wij rond als primitieve maar nieuwsgierige voorouders die de komst en de toekomst van de volgende generaties bewonderen. Wij kunnen wat de Romeinen niet konden: wij zijn in staat te leven zonder verleden - of zonder de mythe van het verleden -, omdat wijzelf een nieuw soort verleden zijn. Ons heden is het verleden van de toekomst geworden.
Op het terrein van de zelfwaardering en de zingeving heeft deze perspectiefverschuiving het effect van een meteoorinslag, die in één klap de traditionele zin dreigt weg te vagen. De hedendaagse, door het wetenschappelijke wereldbeeld gevormde mens laat de waarde van het bestaan afhangen van de quasiautomatische aaneenschakeling van ontdekkingen en realisaties van de moderne technologie. Dat is kern van onze materialistische existentie. De verankering in de materialistische alledaagsheid verklaart onze historische ontworteling, de desoriëntatie van onze zingeving, ons 'deterritorialiseren', zoals Deleuze zegt. Ze verklaart onze singuliere disharmonie.
De technologisch gestuurde tijd, die het heden transformeert in het verleden van de toekomst, dicteert het ritme van onze gebeurtenissen. Elk nog-niet-zijn - als omschrijving van de toekomstige tijd - lijkt al lang van tevoren vastgelegd, in de laboratoria van wetenschappers, op de tekentafels van designers, in de windtunnels van ingenieurs, op de flipboards van economen en marktstrategen, in de spotjes van reclamemakers, in de proefbuizen van medici en gentechnologen. We leven in een nepheden, zonder dat we het beseffen. Dat maakt onze tijd zo fataal. Onze toekomst ligt al voor ons klaar, als preparaat van de planetaire planning. De toekomst is al gebeurd. Maar is een toekomst die al is gebeurd nog een toekomst? Dat maakt ons zo onbeslist. Wij, modernen, hebben dan wel de wereld. Maar hebben we wel toekomst?'
Peter De Graeve (1959) studeerde filosofie in Gent, Parijs (Sorbonne) en Turijn. In 1995 promoveerde hij in Straatsburg, bij Philippe Lacoue-Labarthe, op een proefschrift over Martin Heidegger, Vérités Crues. Les originaux du vrai. Hij verwierf ruimere bekendheid met zijn studie over Friedrich Nietzsche: Chaos en (ver)wording (2003) en met een essay over het verval van de democratie in België, Staat van ontbinding (2008).
Op het terrein van de zelfwaardering en de zingeving heeft deze perspectiefverschuiving het effect van een meteoorinslag, die in één klap de traditionele zin dreigt weg te vagen. De hedendaagse, door het wetenschappelijke wereldbeeld gevormde mens laat de waarde van het bestaan afhangen van de quasiautomatische aaneenschakeling van ontdekkingen en realisaties van de moderne technologie. Dat is kern van onze materialistische existentie. De verankering in de materialistische alledaagsheid verklaart onze historische ontworteling, de desoriëntatie van onze zingeving, ons 'deterritorialiseren', zoals Deleuze zegt. Ze verklaart onze singuliere disharmonie.
De technologisch gestuurde tijd, die het heden transformeert in het verleden van de toekomst, dicteert het ritme van onze gebeurtenissen. Elk nog-niet-zijn - als omschrijving van de toekomstige tijd - lijkt al lang van tevoren vastgelegd, in de laboratoria van wetenschappers, op de tekentafels van designers, in de windtunnels van ingenieurs, op de flipboards van economen en marktstrategen, in de spotjes van reclamemakers, in de proefbuizen van medici en gentechnologen. We leven in een nepheden, zonder dat we het beseffen. Dat maakt onze tijd zo fataal. Onze toekomst ligt al voor ons klaar, als preparaat van de planetaire planning. De toekomst is al gebeurd. Maar is een toekomst die al is gebeurd nog een toekomst? Dat maakt ons zo onbeslist. Wij, modernen, hebben dan wel de wereld. Maar hebben we wel toekomst?'
Peter De Graeve (1959) studeerde filosofie in Gent, Parijs (Sorbonne) en Turijn. In 1995 promoveerde hij in Straatsburg, bij Philippe Lacoue-Labarthe, op een proefschrift over Martin Heidegger, Vérités Crues. Les originaux du vrai. Hij verwierf ruimere bekendheid met zijn studie over Friedrich Nietzsche: Chaos en (ver)wording (2003) en met een essay over het verval van de democratie in België, Staat van ontbinding (2008).
Auteur | | Peter de Graeve |
Taal | | Nederlands |
Type | | Paperback |
Categorie | | Religie, Spiritualiteit & Filosofie |