Jalvin bezit een belangrijke boodschap van de wold in de vorm van een rijm. Voor hem zijn het onbegrijpelijke woorden en hij weet niet wat hij ermee moet. Het rijm trekt ellende aan, dat is zeker. Rovers, slavenhandelaren en vreemde wezens zitten hem op de hielen. Zijn zoektocht naar een magiër die kan helpen is dan ook het begin van zijn levensgevaarlijke reis. Aan wie kan hij het geheim van de wold toevertrouwen?

Waarom heb jij geen veld?’ vroeg ze streng.
‘Ik eh…’ zei Jalvin.
‘Zeg me waarom jij geen veld bezit!’
Dat gaat je niets aan, wilde hij zeggen. Daarentegen perste hij zijn lippen op elkaar.
‘Alles en iedereen bezit een veld. Alles,’ zei ze op een toon alsof hij volkomen gek was. ‘Wat maakt jou zo speciaal?’
Zo kan niemand zien dat ik het rijm bezit, dacht hij. Niemand zal de boodschap van de wold zomaar bij mij aflezen.