Bijna 400 jaar geleden kraste Roelant Nebbens, op zondag 8 juli, een inscriptie in een van de wenteltrappen van de Grote Kerk te Veere.
Eeuwen later ontdekt kunstenaar Ronald Mullié, deze ingekraste zinnen. Na eindeloos zoeken met strijklicht kan hij de tekst ontcijferen. Het blijkt van een jongen te zijn die, na een zwemtocht te hebben gemaakt, daar een inscriptie aan wijdde. Het moet dus belangrijk voor hem zijn geweest.
Ronald raakt in de ban van deze Roelant Nebbens. Samen met zijn vrouw Carla Mullié-Dallinga schrijft hij de historische roman 'Ick Roelant' over het leven van de jongen. De inscriptie en het in de archieven teruggevonden testament van Roelant zijn de basis. De rest is ingevuld door het schrijversechtpaar, maar alle historische gebeurtenissen hebben plaatsgevonden, alle personages hebben bestaan. Het hele verhaal kan dus op deze manier zijn gebeurd.
'Ick Roelant'
De gouden eeuw vormt het decor van een liefdesdrama.
Roelant Nebbens groeit op in Veere in de eerste helft van de 17e-eeuw. Hij is een intelligente jongen die verliefd wordt op Cathelijne. Een leven vol liefde en maatschappelijk succes lijkt voor hen weggelegd. Een noodlottige wending brengt Roelant als dienaar van de V.O.C. aan de Coromandelkust in India.
Het is het levensverhaal van een gedreven man, die meerdere malen zijn ambities ziet mislukken.
Eén ding houdt hem op de been: het geloof in de ware liefde.