Rotterdam Munchen Dachau 45-45 Oorlog
Op deze 4de maart in 1945 schreef Piet Lansbergen: 'Ik besef, lieve Ans, dat er van jou ontzaglijk veel gevraagd wordt, maar daar zal ik je later zeer dankbaar voor wezen. Nu ga ik weer aan jullie denken en ook voor ons zelf bidden dat God ons allen toch spoedig uitkomst moge geven en dan naar bed. Wel te rusten lieve vrouw en kinderen.' Een kleine vier maanden eerder waren deze twee Rotterdamse broers door de Duitse bezetter uit hun gezinsleven weggerukt. Met vele mannelijke landgenoten (hun aantal ligt ergens tussen 300 en 500 duizend) werden Piet en Arie in Duitsland tewerkgesteld. Ver na de Tweede Wereldoorlog nam Els Lansbergen pas kennis van de dagboeken die vader Piet in Duitsland had bijgehouden. 'Hij heeft ze jarenlang voor ons verborgen gehouden.' Op die tewerkstelling in Duitsland leek wel een taboe te rusten. Michaël Lansbergen heeft het dagboek van grootvader Arie tien jaar geleden voor het eerst gelezen, kort na diens dood. Ook in deze tak van de familie Lansbergen kwam de Arbeitseinsatz niet aan de orde. 'Ik denk dat dat deels te maken had met schaamte. Anderen hadden zich eraan onttrokken en zij waren toch gegaan.' Onafhankelijk van elkaar besloten Els en Michaël Lansbergen vier jaar geleden het dagboek van hun (voor)ouder in digitale vorm voor het nageslacht te behouden. Toen vervolgens het verband tussen de twee dagboeken duidelijk werd, leek het belang verder te reiken dan het nageslacht. De uitgave Rotterdam - München/Dachau, waarvan het eerste exemplaar vanmiddag aan de Rotterdamse burgemeester Opstelten wordt uitgereikt, vertelt het verhaal van twee doodgewone kerels, meegesleurd door de wereldgeschiedenis.Op 10 november 1944 werd de Rotterdamse wijk Overschie van de buitenwereld afgesloten. Alle mannen in de leeftijd van 17 tot en met 40 jaar dienden zich te melden voor dwangarbeid in Duitsland. 'Op hen die pogen te ontvluchten of weerstand te bieden, zal worden geschoten', aldus het schriftelijk bevel. 'Wat een herrenvolk vindt u niet', aldus Piet Lansbergen in zijn eerste dagboekaantekening. De twee timmermannen begonnen 's nachts aan de lange reis naar het zuiden van Duitsland, in goederenwagons. Met hun lotgenoten uit Overschie kwamen ze een week later aan in doorgangskamp Dachau. Om de verveling te verdrijven werd in kamp 35 een bonte avond georganiseerd. Een der Overschieërs had op de melodie van Ketelbinkie zijn eerste indrukken getoonzet. Zoo kwamen wij in Lager Dachau Als varkenstroep daar te gast Maar bleven altijd wat wij waren Hollandsche jongens van stavast. Van stavast waren de broers zeker, gestut als ze werden door het katholieke geloof. De twee brave borsten met hun vier rechterhanden kwamen goed van pas in de puinhopen van München en konden hun geluk niet op met een klus in het bisschoppelijk paleis. Getuige hun dagboeken bestond hun leven in Duitsland uit geloof, hoop, liefde en niet te vergeten eten.Het herrenvolk bleek niet van naastenliefde gespeend. Arie Lansbergen noteert op 17 februari 1945: 'Vanmiddag naar het paleis van de Kardinaal, deuren en deursloten gerepareerd. Om half een moesten we komen eten in de keuken, heerlijke soep met knödelballen, maar deze ballen waren meer spekbrokken dan aardappelen, lekker vet ook. Om half zes een grote schaal brood met thee en een sigaar en voor loon een flesch wijn, dus weer niet te klagen gehad bij de Bisschop.' Doordat de broers steeds bij elkaar bleven, zijn hun belevenissen identiek, het verschil zit 'm in de beleving. Waar Arie zakelijk en secuur blijft in zijn aantekeningen, laat Piet zich meeslepen door zijn gevoelens. De heimwee naar vrouw, kinderen en Overschie heeft voortdurend de overhand.Over geluk hadden de broers niet te klagen. Op het moment dat München in het schootsveld van de geallieerden kwam te liggen, vertrokken Arie en Piet voor een klus naar het platteland. In die paradijselijke omgeving stonden ze elf dagen later opeens oog in oog met twaalf Amerikaanse pantsers. De vrijheid was een feit voor Arie en Piet Lansbergen, maar het duurde nog ruim twee maanden voordat ze Jans en Ans weer in de armen kunnen sluiten. Arie Ravensbergen overleed in 1992, 84 jaar oud. Piet Ravensbergen werd zeven jaar ouder en stierf in 2002. Rotterdam - München/Dachau, oorlogsdagboeken van Arie en Piet Lansbergen
Auteur | | A. Lansbergen |
Taal | | Nederlands |
Type | | Hardcover |
Categorie | | Mens & Maatschappij |