Tijdens de geboorte van Rochus Delabatte wordt zijn vader afgevoerd naar concentratiekamp Natzweiler. Drie jaar later keert hij terug, maar weigert over zijn ervaringen te praten. Rochus gaat op zoek naar het kampverleden van zijn vader en loopt in Parijs de beroemde filosoof Jean-Paul Sartre tegen het lijf. De zoektocht eindigt in Natzweiler, waar Rochus niet alleen geconfronteerd wordt met het verleden van zijn vader, maar ook met Sartres omstreden visie op het gebruik van geweld. Het leven in de Limburgse mijnstreek gedurende de jaren vijftig en zestig, de jaren na mei ‘68 in Parijs en de naweeën van de Tweede Wereldoorlog vormen het decor voor deze aangrijpende, maar ook tragikomische roman. Een verhaal dat niet alleen (geloofsafvallige) Limburgers en (voormalige) existentialisten geboeid zullen lezen; ook universele thema’s rond hechting en losmaking, vriendschap en verdriet, trauma en herstel lopen als een rode draad door dit boek. Jos Schoenmakers (Heythuysen, 1948) studeerde onder meer culturele antropologie en werkte jarenlang in de zorg voor getraumatiseerde oorlogsgetroffenen en vluchtelingen. Bij toeval ontmoette hij in 1970 Jean-Paul Sartre in Parijs. Die gebeurtenis en zijn werkervaring in de zorg inspireerden hem tot het schrijven van deze roman.Met vriendelijke groet,