Kinderen hebben soms een oogstoornis, waar zelfs de oogarts geen weet van heeft. Ze kunnen namelijk oogbewegingproblemen of vismeelmotorische problemen hebben, die ze heel lang kunnen compenseren en/of camoufleren. Op school merkt men dat bij leesfouten en omkeringfouten zo nu en dan wel op. Als de visuele perceptie niet goed functioneert, kan dat aanleiding vormen tot leermoeilijkheden als dyslexie en dyscalculie, die men op school dan verkeert benoemt. Door middel van handelingsgerichte diagnostiek en begeleiding zijn visuele problemen, zoals oogbewegings- of saccadische problemen en vaak voorlopers van leerstoornissen, uitstekend te verhelpen. Dit boek beschrijft in de eerste plaats de betekenis van de visuele waarneming voor de visuele opvoeding. Vervolgens beschrijft het de tekorten, die men door middel van de diagnostiek van de psychologie en de optologie, kan opsporen en behandelen. Daarbij wordt soms gebruikgemaakt van een leesbril voor tafelwerk op school en veelal van een oogmotorisch trainingsprogramma op de computer: Multitrainer.