De graven van Holland en Zeeland, die lange tijd ook graaf van Henegouwen en hertog van een deel van Nederbeieren waren, verdeelden hun tijd tussen het besturen van hun vorstendommen, de deelname aan de internationale politiek en andere verplichtingen, en de genoegens van hun vrije tijd. Aan het reizen en verblijven van de vorsten is het eerste deel van dit boek gewijd. In het tweede deel staan de contacten met de onderdanen centraal. Huldigingen en ontvangsten van de graven door de steden en de gewestelijke Staten weerspiegelen de machtsverhoudingen binnen de graafschappen en de veranderingen die daarin plaatsvinden. De huldigingen groeien uit van eenvoudige gebeurtenissen, die gepaard gaan met soms moeizame onderhandelingen tussen vorst en onderdaan, tot propagandistische spektakels met veel pracht en praal. Daarbij is voor de onderdanen nog slechts een ceremoniele rol weggelegd. In het derde deel worden een voorbeeld van samenwerking en een voorbeeld van tegenwerking tussen de onderdanen behandeld: de vorming van het archief van de Staten van Holland en de strijd om de binnenvaart door Midden-Holland. Als bijlagen zijn de relevante teksten voor de ontvangsten van de graven en de eedafleggingen afgedrukt. Mede hierdoor is dit boek van groot belang voor de bestudering van de lokale en regionale geschiedenis van Holland en Zeeland in de late middeleeuwen.