Sporen Aan De Wand

Sporen Aan De Wand

Vuursteen was in onze prehistorie belangrijker dan goud. Het was een strategische grondstof, nodig om te kunnen overleven. De jagers en verzamelaars die tot circa 5000 v. C. in ons land rondtrokken, maakten voor het maken van hun gereedschappen gebruik van de vuursteen die in Zuid-Limburg letterlijk voor het oprapen lag. SPOREN AAN DE WAND beschrijft de speurtocht naar deze prehistorische vuursteenwinning in Zuid-Limburg.

Rond 1850 kende Europa nog geen prehistorie van belang. Of beter gezegd; de geschiedenis die men kende, reikte niet veel verder terug dan wat de bijbel en de klassieke auteurs daarover 2000 jaar eerder al te melden hadden gehad. De benaming prehistorie bestond nog maar net; er waren dus kennelijk maar heel weinìg onderzoekers geweest die de behoefte voelden om dat voorchristelijke tijdperk apart aan te duiden. Geen wonder, want de geleerde lieden en notabele ‘oudheidminnaars’ die zich als oudheidkenners presenteerden, richtten hun liefde allereerst op de Romeinse tijd. De meeste van hen waren dan ook op het gymnasìum opgevoed met de werken van Caesar, Livius en Tacitus. Nu stonden in de marge van deze klassieke teksten beschrijvingen van de Germanen en de Kelten, de oude Europese ‘oervolkeren’ die hier ten tijde van Christus’ geboorte hadden geleefd. Bij wijze van tekstverduidelijking poogden de liefhebbers dan de namen van de door de klassieke auteurs vermelde volksstammen en plaatsen zo correct mogelijk op de kaart te prikken. Waar hadden de oude Eburonen precies gewoond? Waar lag Aduatucum, hun belangrijkste versterking? Behoorden de oude Belgen nu eigenlijk tot de Germanen of tot de Kelten, en woonden ze in de zuidelijke of juist in de noordelijke Nederlanden? Met dat soort vragen vormde het onderzoek van de voorgeschiedenis een soort historisch-geografisch bijproduct van de studie der klassieken, dat eigenlijk niet erg serieus werd genomen. Hoe oud waren Europa's oude volkeren en hun wilde voorvaderen ten tijde van Jezus’ geboorte nu eigenlijk geweest? Niemand die het wist. Grote diepgang kon de studie van de menselijke ‘oertijd’ op deze wijze in ieder geval niet krijgen. Het kabinet der gevonden voorwerpen Naast de studie der klassieke literatuur beoefenden de ontwikkelde oudheidminnaars natuurlijk ook de liefhebberij van het duiden en verzamelen van artefacten. Toch waren er maar weinig oudheidkundigen die de moeite namen om hun zwaar gestoffeerde studeervertrek te verruilen voor onderzoek in het veld. Dat was ook nergens voor nodig, want landarbeiders en groevewerkers bezorgden de vondsten die zij tijdens hun werk hadden gedaan aan hun voordeur. Als een goedkeurend gehum verraadde dat de gemonsterde potten of vuursteen

Auteur | Koos Steehouwer
Taal | Nederlands
Type | Paperback
Categorie | Geschiedenis

bol logo

Kijk verder

Boekomslag voor ISBN: 9789012088589
Boekomslag voor ISBN: 9789070356750
Boekomslag voor ISBN: 9789064504464
Boekomslag voor ISBN: 9789053528921
Boekomslag voor ISBN: 9789087040789


Boekn ©