Brieven van Marsilio Ficino 3 - Het leven van Plato
Deel III van de Brieven van Marsilio Ficino geeft andermaal blijk van Ficino's liefde voor Plato. In een lange brief be¬schrijft de begenadigde auteur het leven van zijn grote voorbeeld uit de Griekse oudheid. Deze en andere brie¬ven geven opnieuw een impressie van de heldere geest en warme menselijkheid die de voortrekker van de Platoonse Academie te Careggi (Florence) kenmerkten. Daarnaast geeft Giovanni Corsi, een tijdgenoot, in dit deel een beschrijving van het leven van Ficino zelf.
Ficino, die in alles Plato als zijn leermeester zag, heeft in zijn brieven het vermogen om universele wijsheden met een schijnbaar speels gemak te verbinden met het leven en de problematiek van zijn vrienden. Deze vrienden vormden een zeer ruim en belangrijk netwerk. Illustere vijftiende-eeuwse namen als koning Matthias Corvinus van Hongarije, Lorenzo en Cosimo de' Medici, Giovanni Cavalcanti, Bernardo Bembo en vele anderen maakten daarvan deel uit. Persoonlijkheden die de bloei van kunsten en wetenschap¬pen en de ontwikkeling van de uome universale - de universele mens - in die hoopvolle en spiritueel lichte jaren van de renaissance mogelijk hebben gemaakt.
Geleid door de ideeën van Plato achtte Marsilio Ficino de mens in staat door middel van het verlangen, het voorstellingsvermogen (de imaginatio) van de ziel tot het goddelijke op te kunnen stijgen. Binnen het neoplatonische denken kreeg het voorstellingsvermogen een bemiddelende functie tussen het materiële en het goddelijke en kon door (verheven) inspiratie de toegewijde ziel zich verheffen boven de gangbare ideeën en opvattingen, en in 'extase' geraken. De ziel heeft volgens deze visie duidelijk twee kanten: enerzijds verbindt het de menselijk ziel aan de stof en gaat daarin onder, anderzijds kan de ziel tot het goddelijke uitgaan.
In Ficino's kring dacht men in dit verband veel na over inspiratie, profetieën, visioenen en (goddelijke) liefde; zelfs zo dat er een nieuw literair genre kon ontstaan, het 'trattato d'amore', waarvan Ficino's De amore (Over de Liefde) een invloedrijk voorbeeld is geweest. Juist met thema's over schoonheid en de liefde heeft Ficino velen geïnspireerd en weet hij nog steeds te inspireren.
Ficino, die in alles Plato als zijn leermeester zag, heeft in zijn brieven het vermogen om universele wijsheden met een schijnbaar speels gemak te verbinden met het leven en de problematiek van zijn vrienden. Deze vrienden vormden een zeer ruim en belangrijk netwerk. Illustere vijftiende-eeuwse namen als koning Matthias Corvinus van Hongarije, Lorenzo en Cosimo de' Medici, Giovanni Cavalcanti, Bernardo Bembo en vele anderen maakten daarvan deel uit. Persoonlijkheden die de bloei van kunsten en wetenschap¬pen en de ontwikkeling van de uome universale - de universele mens - in die hoopvolle en spiritueel lichte jaren van de renaissance mogelijk hebben gemaakt.
Geleid door de ideeën van Plato achtte Marsilio Ficino de mens in staat door middel van het verlangen, het voorstellingsvermogen (de imaginatio) van de ziel tot het goddelijke op te kunnen stijgen. Binnen het neoplatonische denken kreeg het voorstellingsvermogen een bemiddelende functie tussen het materiële en het goddelijke en kon door (verheven) inspiratie de toegewijde ziel zich verheffen boven de gangbare ideeën en opvattingen, en in 'extase' geraken. De ziel heeft volgens deze visie duidelijk twee kanten: enerzijds verbindt het de menselijk ziel aan de stof en gaat daarin onder, anderzijds kan de ziel tot het goddelijke uitgaan.
In Ficino's kring dacht men in dit verband veel na over inspiratie, profetieën, visioenen en (goddelijke) liefde; zelfs zo dat er een nieuw literair genre kon ontstaan, het 'trattato d'amore', waarvan Ficino's De amore (Over de Liefde) een invloedrijk voorbeeld is geweest. Juist met thema's over schoonheid en de liefde heeft Ficino velen geïnspireerd en weet hij nog steeds te inspireren.
Auteur | | Marsilio Ficino |
Taal | | Nederlands |
Type | | Hardcover |
Categorie | | Religie, Spiritualiteit & Filosofie |