De engel van het westelijk venster
De laatste nazaat van John Dee, beroemd alchemist ten tijde van Elisabeth I, krijgt diens dagboek in zijn bezit, waarin Dees levenslange worsteling om tot de waarheid te komen, wordt beschreven. Al lezende beleeft de erfgenaam die strijd opnieuw, maar nu gloort aan het einde de bekroning ervan, namelijk de bewuste binding met de straling van de karbonkel met twaalf vlakken uit de droom van de Hoël Dhats. Gustav Meyrink schetst hier dat er nauwelijks een verbinding is, en ook niet kan bestaan, tussen enerzijds de mens zoals hij in deze wereld leeft en werkt, en anderzijds het oorspronkelijke en pure leven, dat het eigenlijke domein is van de innerlijke mens. Doordat dit inzicht vaak aan de zoekende mens ontbreekt, meent hij een engel Gods te zien en meent hij het antwoord op zijn vurig bidden en verlangen te vernemen, terwijl hij in feite een groene engel van duisternis oproept, ofwel een projectie van alles wat in hemzelf leeft. Zo scheppen we illusies, engelen van het westelijk venster, waaraan we zelf te gronde gaan en brengen bovendien God het kwaad ten laste dat we zelf creëren. Gustav Meyrink schildert de fouten en de daaruit voortkomende rampzalige gevolgen die ons als zoekers maar al te vaak teisteren, zolang er gebrek aan inzicht is en ware kennis ontbreekt. Maar wie na het gaan van een lange ervaringsweg, zoals de hoofdpersoon in het boek, bewust de binding vasthoudt met de straling van het juweel met de twaalf vlakken dat prachtige beeld uit de droom van Hoel Dhat -, ziet hoe als bekroning van zijn zoekend streven, de domeinen van het oorspronkelijk leven zich voor hem openen.
Auteur | | Gustav Meyrink |
Taal | | Nederlands |
Type | | Hardcover |
Categorie | | Literatuur & Romans |