De wegen waarover mensen zich verplaatsen, hebben in veel gevallen een lange en rijke geschiedenis. Die kan betrekking hebben op specifieke wegen maar ook op algemene aspecten als eigendom en onderhoud van de wegensoorten die men vroeger kende.
Daarbij speelden staatkundige ontwikkelingen een rol. Maar ook overstromingen en duin-vorming bepaalden soms het lot, dan wel de loop van wegen.
In dit boek dient het gebied tussen de Oude Rijn van Leiden tot Katwijk en het IJ meer tussen Haarlem en Amsterdam als proeftuin voor een zoektocht naar de geschiedenis van de wegen.
In de eerste hoofdstukken wordt aandacht geschonken aan de kenmerken van koningswegen, heerwegen, lijtwegen en buurwegen, waarna van zuid naar noord gaande de oude routes in het studieveld aan de orde komen. De schrijver heeft de factoren die het bestaan van een weg bepaalden samengevat tot een kleurrijke geschiedenis van het wegenpatroon tussen Rijn en IJ.