Te zoeken in deze angstige eeuw
Bestond er aan het einde van de negentiende eeuw een origineel decadentisme in de Nederlandse literatuur? J.D.F. VAN HALSEMA beantwoordt deze vraag in de uitgebreide versie van zijn oratie bevestigend. En niet enkel in de sensitivistische poëzie van Gorter. In een verrassend betoog dat loopt van Van Deyssel via Van Eeden, Diepenbrock, Henriëtte Roland Holst, Leopold naar Verwey en Van Eyck wijst hij op de sporen van décadence-voorstellingen in de Nederlandse poëzie rond de vorige eeuwwisseling.
Door de centrale voorstellingen van de, overwegend Franse, literaire décadence te demonteren en te verfijnen slaagt Van Halsema er in de kernelementen van het decadentisme zichtbaar te maken in de Nederlandse poëzie van het fin de siècle. Hij laat in zijn rede tevens zien dat het voornamelijk de negatieve reacties op het buitenlandse decadentisme zijn die beeld en zelfbeeld van de Nederlandse poëziekritiek in deze periode hebben bepaald.
Door de centrale voorstellingen van de, overwegend Franse, literaire décadence te demonteren en te verfijnen slaagt Van Halsema er in de kernelementen van het decadentisme zichtbaar te maken in de Nederlandse poëzie van het fin de siècle. Hij laat in zijn rede tevens zien dat het voornamelijk de negatieve reacties op het buitenlandse decadentisme zijn die beeld en zelfbeeld van de Nederlandse poëziekritiek in deze periode hebben bepaald.
Auteur | | Dick van Halsema |
Taal | | Nederlands |
Type | | Paperback |
Categorie | | Taal |