Egmondse studien 2 - Egmond tussen kerk en wereld
In het begin van de tiende eeuw stichtte graaf Dirk I van Holland, een nonnenklooster te Hallem (het huidige Egmond-Binnen). Op grond van een visioen van een non werd een kapel gebouwd voor de relieken van Sint Adalbert, die tot dat moment in een kleine kapel in de duinen hadden gerust. Bij de translatie van Adalbert op 15 juni 922 naar de kloosterkerk welde in zijn graf een wonderbare bron op. Veel blinden en bezetenen genazen door zich met het water te wassen of ervan te drinken, aldus de Vita Adalberti (ca. 985). Ook in de kloosterkerk, waar de nonnen voortaan de eredienst van de heilige verrichtten, vonden dergelijke genezingen plaats. In 950-960 werd een stenen kerk neergezet en werden de nonnen door monniken vervangen. Lange tijd oefende de Adalbertsput grotere aantrekkingskracht op pelgrims uit dan de relieken in de abdij zelf. De monniken, die de pelgrims liever in hun abdij zagen komen, probeerden greep te krijgen op de pelgrimage en bouwden in 1113 een kapel boven de put. In de Miracula Nova Sancti Adalberti (ca. 1120-1143) wordt de put geheel verzwegen. Ook in het Officie van Sint Adalbert (ca. 1150) wordt alleen aandacht geschonken aan de relieken. In een van de gezangen laat de auteur van het Officie Adalbert zeggen: 'Het stamt [...] uit een goddelijk raadsbesluit dat de relieken van mijn lichaam niet langer verborgen blijven.' De boodschap lijkt duidelijk: wie de put bezoekt en niet de relieken, handelt in strijd met Gods wil. Het middeleeuwse kloostercomplex was niet alleen een heiligdom, maar ook een potentiële vesting, een nederzetting en het exploitatiecentrum van een uitgestrekt goederencomplex. De tweede bundel EGMONDSE STUDIËN belicht verschillende aspecten van het spanningsveld klooster-wereld: klooster en bisschop, klooster en graaf, monniken en leken, cultuur en natuur. Veel aandacht wordt besteed aan de historiografie van de twaalfde eeuw met onder meer een editie van de Miracula Nova met Nederlandse vertaling. De personen die in deze bron een rol spelen, komen we ook elders in de bundel tegen: graaf Floris II de Vette, zijn vrouw Petronella en hun zoons Dirk en Floris, de Egmondse abten Steven, Allard, Asselijn en Wouter en niet te vergeten de op geld beluste voogden en lastige inwoners van het dorp Castricum.
Auteur | | G.N.M. Vis |
Taal | | Nederlands |
Type | | Paperback |
Categorie | | Religie, Spiritualiteit & Filosofie |