Van de vele lezingen die Aleister CROWLEY (1875-1947) - met GURDJIEFF - de grootste magiër van deze eeuw - onder het pseudoniem Meester Therion in het Berlijn van de twintiger jaren heeft gehouden, zijn in het "OEFENBOEK VOOR ASTRAAL EN SYMBOOLMAGIE" die drie gebundeld, welke te samen de belangrijkste aspecten bestrijken van de praktische magie.

De drie genoemde vormen van magie bieden, wanneer zij nauwgezet beoefend worden, de mogelijkheid om te leren werken met onbewuste, paranormale krachten, onvermoede gedachtevormen, trillingen, niveaus en entiteiten, alsmede door middel van een westerse pendant van Tantra-Yoga een doorbraak te bewerkstelligen naar het bovennatuurlijke, d.w.z.: het uiterlijke (exoterische) innig te verbinden met het innerlijke (esoterische) om zodoende het eeuwige verlangen naar harmonie en volmaaktheid te helpen verwezenlijken.

Omdat het beoefenen van magie voor de beginneling bijverschijnselen hallucinaties, projecties, machtsmisbruik - met zich mee kan brengen, wordt er in het "OEFENBOEK VOOR ASTRAAL- EN SYMBOOLMAGIE" met klem op gewezen, dat alleen trapsgewijs en gecontroleerd uitgevoerde magie doeltreffend werkt. Slechts hij die bewust en gedisciplineerd, alsmede in de gegeven volg- en tijdsorde de instructies en oefeningen praktiseert, zal, beschermd door een "aura geladen met gedachten van afweer en beschutting tegen welke invloed ook", de in de mens sluimerende onbewuste inhouden en krachten leren kennen en beheersen en zo een onbeperkte mate van evenwicht en vrijheid verwerven.