Alles lijkt mee te zitten voor Hope Donahue: ze is een knappe meid, enig kind van rijke ouders. Ze groeit op in een van de mooiste wijken van Los Angeles, gaat naar een chique
privéschool en wordt veel gesignaleerd op feestjes van de high society. Maar onder al dat moois zit een hoop narigheid: Hope's familie mag dan naar buiten toe wel perfect lijken,
maar haar ouders zijn kil en afstandelijk, haar moeder is jaloers op Hope's mooie uiterlijk en haar oom maakt seksuele avances. In de hoop op een prettiger leven richt Hope zich op
de plastische chirurgie: als het leven niet mooi is, dan zal zij het wel mooi maken. Met de ''hulp'' van Los Angeles' beroemdste chirurgen en een hoop credit cards heeft ze op haar zevenentwintigste
al zeven operaties achter de rug. Schoonheid wordt een verslaving, en Hope's bezoekjes aan de kliniek zijn niet meer te stoppen. In een meeslepend verhaal vertelt Hope Donahue in alle eerlijkheid hoe haar verslaving
haar vervreemdde van haar familie en vrienden, en hoe ze zich moest verlagen tot diefstal en uiteindelijk een faillissement voor ze eindelijk aan haar herstel kon gaan werken.