Milieuverontreiniging ontstaat door het gedrag van burgers en bedrijven. De overheid beschikt over drie middelen om dit gedrag te beïnvloeden: de 'zweep', de 'wortel' en de 'preek', ofwel juridische, economische en sociale instrumenten. In dit boek onderscheiden de auteurs naast de drie genoemde instrumenten n 09 een vierde categorie: de structurerende instrumenten, zoals planning en informatiemanagement. Omdat Milieuvervuiling niet bij de landsgrenzen ophoudt en ook steeds meer beleid vanuit Brussel wordt bepaald, komt in dit boek ook uitgebreid het instrumentarium van de Europese Unie aan de orde en de kansen en beperkingen die dit Nederland biedt. Het boek besluit met 'tien gouden regels' voor de beleidsmaker bij het zoeken naar evenwicht in zijn keuze.