Am de hand van negen kernteksten gaat de te in op aspecten die van belang zijn in het pastoraat. Zo wordt een bijbels fundament gelegd voor het functioneren van de pastor m de gemeente, voor anibtehik werk m bredere zin en voor gemeenteopbouw m het algemeen. De pastor is als een herder die zorgt voor de schapen die aan zijn zorg zijn toevertrouwd. Hij mag zich bij
zijn pastoraal bezig zijn getroost weten door het besef dat de schapen deel uitmaken van de kudde die door de Herder en Eigenaar worden verzorgd. God beheert Zelf zijn eigen bezit. De pastor mag in zijn dienst staan.

Een goede pastorde houding begint met een optimale communicatie. Een open oog en een luisterend oor zijn van wezenlijk belang. De auteur gaat hier uitvoerig op in en geeft veel illustratieve voorbeelden uit de pastorale praktijk. Hierna richt hij zich op het pastorale gesprek dat een dialoog is tussen (meestal) twee mensen en dat gevoerd wordt coram Deo, voor Gods aangezicht. Aparte hoofdstukken zijn gewijd aan de eenzaamheid de levensloop van de mens.

De actuele gespreksvragen aan het eind van elk hoofdstuk maken deze beknopte bijbelverklaring bruikbaar voor persoonlijke bijbelstudie en bespreking in groepen.