Glas is al zo oud als de geschiedenis. Dezelfde vroege culturen die brons ontdekten, vonden ook een manier om een aantal bestaande stofen te combineren tot een nieuwe: glas. De eigenschappen van gesmolten silicaat, de belangrijkste grondstof van glas, zijn noch die van een gewone vloeistof, noch die van een vaste stof. Glas is technisch gezien een onderkoelde vloeistof. Kristalliseert niet nadat het uit de oven is gehaald, maar blijft volkomen onveranderlijk van consistentie. Deze hoedanigheid verleent allerlei soorten glas - opaak of transparant, helder of gekleurd - de unieke eigenschap dat licht erin breekt, weerkaatst en schittert. De glasschilderkunst heeft in de algemene verbeelding altijd een speciale plaats ingenomen. De doorschijnende, stralende hoednigheid van het medium roept een esthetische ervaring op die volkomen verschilt van die van enige andere kunstvorm. Van de Middeleeuwen tot in onze tijd, van kathedralen tot kantoorgebouwen, is gebrandschilderd glas door de eeuwen