Maggie is onbesuisd, impulsief en zacht; Ira is degelijk, geduldig en onfeilbaar. Ze zijn achtentwintig jaar getrouwd. Op een warme zomerdag rijden ze naar Pennsylvania, honderdvijftig kilometer van hun huis in Baltimore, om de begrafenis bij te wonen van de man van Maggie's beste vriendin. In de loop van die tocht, met verscheidene onverwachte omwegen - naar de levens van oude vrienden en volwassen kinderen, naar herinneringen aan het verleden en pogingen het heden opnieuw in te richten - toont Anne Tyler ons alles wat er van huwelijk te weten valt: de verwachtingen, de teleurstellingen; hoe kinderen stormen in een gezin kunnen ontketenen; hoe man en vrouw opnieuw verliefd op elkaar kunnen worden; hoe alles - en niets - verandert. Anne Tylers personages zijn geen Einsteins, ze blinken uit in liefdevolle en geestige beschrijvingen van gewone mensen en hun kopzorgen: bejaarden en jongeren, kostwinners en thuisblijvers, mannen en vrouwen. Berusting is een sleutelbegrip in haar werk - het