In 12 reisverslagen wordt verslag gedaan van bezoeken aan verblijfplaatsen die onlosmakelijk verbonden zijn met bekende 19e en 20e-eeuwse schrijvers, en aan een kloosterbibliotheek en een uitgeverij. De meeste aandacht gaat uit naar Engelse schrijvers, de dichter T.S. Eliot en East Coker, Dickens in Rochester, Byron in Messolongi, en tweemaal Oscar Wilde, als gevangene in Reading, en als banneling in Frankrijk. Verder zijn er essays gewijd aan o.a. Victor Hugo en zijn minnares Juliette, en de Vlaamse dichter Guido Gezelle in Roeselaere. De dichter en essayist Michel van der Plas (1927) schreef deze reisverslagen voor 'Elsevier', waarin hij regelmatig publiceert. Ook uit deze bundel blijkt zijn liefde voor de literatuur in het algemeen en de Engelse in het bijzonder. Zijn reisverslagen zijn een genoegen om te lezen door de verzorgde stijl, zijn grote inlevingsvermogen en mildheid, en zijn eruditie.