Travis voelt zich een buitenstaander. Net zoals zijn vrienden schopt hij herrie, lokt gevechten uit, doet stoer en drinkt. Maar wat hem onderscheidt van zijn vrienden is het feit dat hij veel leest en schrijft. Op een dag betrapt hij zijn stiefvader, die bezig is zijn verhalen in de open haard te gooien. Jaren werk weg! In blinde woede pakt hij de pook en slaat zijn stiefvader tegen de grond. De kinderrechter stuurt hem naar het platteland, naar zijn oom, ver weg van zijn stiefvader. Op de dorpsschool vindt hij geen aansluiting. Hij leert Casey kennen, die een manege leidt. Zij berijdt een woest en ontembaar paard. Intussen wacht hij vol spanning op bericht van de uitgever aan wie hij zijn manuscript heeft toegezonden.