In september 1823 vertrok de uit Zutphen afkomstige kapitein-luitenant-ter-zee I.P.M. Willinck met het korvet 'Lynx' naar Oost-Indië. Hij bezocht Buenos Aires, voer om Kaap Hoorn, deed Chili en Peru aan, stak de Stille Oceaan over, moest uitwijken naar de Filippijnse Archipel en kwam na een reis van zestien maanden in Batavia aan. Het 'waarom' van deze ongebruikelijke tocht laat zich verklaren uit politieke en economische redenen.

In 1815 waren Nederland en België samengevoegd tot één Koninkrijk onder koning Willem I. Deze zag het als zijn taak de twe landsdelen tot één geheel te maken en wilde dit bereiken door de economische welvaart van zijn onderdanen te verhogen. Tevens hoopte de Koning dat een sterk Koninkrijk de bsis zou vormen voor het spelen van een belangrijke rol in de internationale politiek. Minister A.R. Falck duidde het geheel van maatregelen dat hierop gericht was aan met de term 'politiek systhema'. De reis van Willinck vormde een onderdeel hiervan. Hij kreeg de opdracht mee contact te leggen met de bestuurders van de pas onafhankelijk geworden staten in Latijns-Amerika en economische informatie in te winnen over het gebied.