Tien jaar heeft Naomi Kristiansen-Reiziger in Denemarken gewoond als ze als jonge weduwe in haar geboortedorp in Nederland terugkeert. Haar ouders ontvangen haar hartelijk, maar tot haar verbazing is er ook onverwachte belangstelling voor haar persoon. Ze sluit vriendschap met vroegere klasgenoten die haar tijdens hun schooltijd links lieten liggen. Vooral Pieter en Ellen Knol vervullen haar met tegenstrijdige gevoelens; ze zijn zo met haar begaan dat het haar af en toe benauwt. Het verdriet om haar overleden man Jesper lijkt ondertussen niet minder te worden en dan vinden er ook nog een aantal angstaanjagende gebeurtenissen plaats.
Was het eigenlijk wel zo’n goed idee om terug naar Nederland te komen?